De familienaam Sligman is door de eeuwen heen één van de meest voorkomende namen in Markelo. Zij stammen oorspronkelijk allen af van het erve Sligman welke tot 1971 stond tegenover de woning aan Prinses Irenestraat 13. De oudere Markeloers kennen het nog als “Sligman oonder de Mölle”. Ook de buiten Markelo wonende Sligmannen hebben hun wortels op deze boerderij. De Sligmannen staan in Markelo te goeder naam en faam bekend en toch zijn er vroeger, zoals ook bij andere families, afstammelingen geweest die nogal afdwaalden van het rechte pad. Eén is er zelfs het onderwerp van beraadslagen bij de Raad van State geweest.

Erve Sligman oonder de Mölle omstreeks 1971
A- Jenneken Sligman, die in 1786 was geboren op de boerderij “Sligman oonder de Mölle” trouwde in 1822 te Rijssen met Jan Bakker. Op 8 oktober1836 werd zij, op dat moment wonend aan de Doodstraat te Rijssen, in Deventer aangehouden wegens bedelarij. Een week later werd ze overgebracht naar de bedelaarskolonie in Ommerschans om daar een straf van één jaar uit te zitten. In de tegenwoordige tijd zou ze er met een werkstraf van enkele dagen zijn afgekomen.
Op 27 februari1837 diende haar man Jan Bakker een rekest in waarin hij verzocht om vervroegde vrijlating van zijn vrouw. Dat verzoek wordt afgewezen. Hij mocht het opnieuw proberen als zijn vrouw een vol jaar van haar straf had doorgebracht in de bedelaarskolonie die officieel “Gesticht der Maatschappij van Weldadigheid” heette. Op 7 oktober1837 kwam ze weer vrij en in 1844 is zij in Rijssen overleden.
B – In 1862 is er een geschil welke voor de Raad van State wordt gebracht door de gemeente Den Haag over de domicilie en onderstand (financiële bijstand) van ene Hendrik Sligman.
Hendrik’s grootvader was geboren op “Sligman oonder de Mölle” en stichtte een boerderijtje nabij de plek waar nu de “Veer’n Hof” staat. Zijn oudste zoon Arent werd aanvankelijk de opvolger. Waarschijnlijk heeft hij dat financieel niet kunnen bolwerken want in 1780 werd hij pachter op de boerderij Warmelo in Herike. Ook daar hield hij het niet vol en omstreeks 1800 vertrok het gezin Arent Sligman met 9 kinderen naar Lochem. Vanaf dan is het spoor van Arent moeilijk te volgen.
De broer van Arend, Arent Jan Sligman, trok de wijde wereld in en in 1807 trouwde hij op 36-jarige leeftijd in Amsterdam met Geertje Meier uit Vreeland. Arent Jan en Geertje woonden al voor hun trouwen op hetzelfde adres en wel aan de Herengracht bij de Spiegelstraat. We kunnen dus aannemen dat ze beide bij dezelfde familie in dienst waren. Arent Jan als “heerenknecht en koetsier”. Onder de huwelijks-acte hebben ze beide heel duidelijk hun handtekening geplaats. Heel bijzonder in een tijd dat in Markelo onder de meeste huwelijksactes nog kruisjes werden geplaatst. Op 9 juni 1809 werd hun zoon Henderik in de Westerkerk gedoopt.
Met deze Hendrik liep het niet goed af. In 1862 werd hij “in onderstand” genomen in Den Haag, maar deze gemeente wilde vanwege zijn onduidelijke afkomst niet bijdragen aan zijn onderhoud. Omdat Hendrik beweerde dat hij in Amsterdam was geboren werd Amsterdam belast met de kosten. Amsterdam weigerde die te betalen omdat volgens hen Hendrik daar niet was geboren. Uiteindelijk werd deze strijd voor de Raad van State uitgevochten. Enkele ambtenaren deden daartoe een minutieus onderzoek. Een oudere halfzuster van Hendrik wonende te Holten, evenals enkele nichten in Markelo, werden bezocht om hun getuigenissen te horen en om van hen te horen omtrent zijn geboorteplaats. Enkele noemden inderdaad Amsterdam, anderen noemden Zwolle en Zutphen waar vader Arent Jan ook korte tijd gewoond zou hebben. Hendrik is na dit proces later ondergebracht in Veenhuizen in Drente, waar de Maatschappij van Weldadigheid gevestigd was welke aan armlastigen, bedelaars, vondelingen en wezen onderdak gaf. Hij is daar in 1878 overleden.