Wat tegenwoordig bekendstaat als het ‘slepp’n’ op nieuwjaarsdag, vindt vermoedelijk zijn oorsprong in ons dorp aan het begin van de jaren zestig. Jongeren verzamelden zich op oudejaarsavond op het Kerkplein. Het hoogtepunt van de avond was om klokslag twaalf uur het luiden van de kerkklokken. Dit gebeurde nog met de hand, door middel van een touw, waarbij zich altijd genoeg vrijwilligers meldden om deze taak op zich te nemen. Na dit ceremoniële trok men het dorp in, op zoek naar onbeheerde voorwerpen die buiten waren blijven staan.

Fietsen en vuilnisemmers 
Alles wat niet was opgeruimd, liep kans versleept te worden naar het plein bij het gemeentehuis. Fietsen, kruiwagens, vuilnisemmers en zelfs fietsrekken vormden daar de tijdelijke expositie van de vroege nieuwjaarsmorgen. In een enkel geval werden ook grotere voorwerpen zoals veewagens en transportbanden meegenomen vanuit de werktuigenloods van de coöperatie. Toen die loods op slot ging, kwam daar echter snel een einde aan.

Een kat-en-muisspel met de politie
Het slepp’n werd al snel een soort kat-en-muisspel met de plaatselijke politie. Agenten probeerden het verschijnsel in goede banen te leiden. Soms streng, door namen te noteren en jongeren te sommeren de spullen terug te brengen. En als woorden niet voldoende waren, werd dat nog wel eens kracht bijgezet met een tik van de wapenstok. Maar er waren ook agenten die vooraf in overleg gingen met de jongeren: “Als jullie rustig blijven, doen wij dat ook.” Het resultaat: minder overlast en een stuk minder voorwerpen op het plein.

De opkomst van vuurwerk
Eind jaren zestig deed het consumentenvuurwerk zijn intrede. De eerste knallers kwamen van Nederlandse makelij, zoals Schuurmans uit Leeuwarden. Tegenwoordig komt het vuurwerk uit het buitenland. Waar men vroeger hooguit wat verbrande vingers opliep bij het ontsteken van een rotje, zijn de risico’s met het huidige vuurwerk veel groter.

De traditie van het sleppen is een uniek stukje Markelose cultuur. Laten we het behouden, maar wel met respect voor elkaar en de gemeenschap.