- Maarkelsnieuws.nl - https://www.maarkelsnieuws.nl -

onsProat: Boodschappenbreefke

Deze column zou natuurlijk over de uitslag van de verkiezingen moeten gaan. Afgelopen week maar ook de weken ervoor stond in het teken van deze verkiezingen. Kranten, tv, social media, je kon er niet omheen en dat moet ook niet. Als stemgerechtigden heb je een verantwoordelijkheid hierbij. Maar omdat we nu weten hoe er in Nederland gestemd is en het verder toch nog even weer afwachten is, kan ik het wel over iets anders gaan hebben.

Maar ja, wat dan….
Soms hoop ik in de week dat ik aan de beurt ben om de column te schrijven, wat nog steeds echt niet vanzelf gaat, dat ik tijdens het boodschappen halen inspiratie opdoe. Dat klinkt misschien raar maar soms voer je een heel mooi gesprek en dat kan een goede aanleiding zijn voor een verhaal. Dit keer begon het net voor het boodschappen doen tijdens het maken van het boodschappenbriefje. Dit deed me denken aan iets anders.

Vorige week zaterdag was er namelijk een vooropdracht van de Maarkelse Kwis, hierbij kregen de teams de opdracht om met spullen te komen waarvan dit in het Maarkels dialect stond beschreven. Één kovak, één tuugpinne, twee elezen, één stuk scheurewark en één wasseldook. Mooi gevonden woorden en het meeste ook wel herkenbaar, al was het door de oudere generatie.
De wasseldook gebruik ik ook dagelijks, zowel het woord als het doekje op zich. Ook mijn kinderen gebruikten dit woord. Zo kon het gebeuren dat de oudste in de kleuterklas heel netjes aan de juf vroeg: “Juf, mag ik de wasseldoek want ik heb geknoeid”. De juf vertelde dit met een grote lach, gelukkig wist zij ook wat er bedoeld werd.

Er bestaat een mooi verhaal over de wasseldoek, precies zoals het was met dit doekje maar ik hoop toch wel dat het gebruik ervan tegenwoordig iets aangepast is.

Een boodschappenbriefje is ook zoiets. Wanneer mijn moeder een boodschappenbriefje schreef, stond hier bovenaan altijd stoete en eronder brood. Dit was zeker niet hetzelfde. Stoete is onze boterham en met brood bedoelde ze roggebrood. Een plakke brood met keeze dat was en is erg lekker en vult goed. Maar ook onder de pannenkoek kregen we een plak brood (ik denk dat ze anders maar bleven bakken). En wat wij ook heel erg konden waarderen en wat nu in november, de slachtmaand, weer kan, is schroamkes op brood. In het Nederlands zijn dit kaantjes en bij Erve Brooks kun je nog een pannenkoek met schroam bestellen. Daar heb je geen brood onder nodig. Het woord brood was dus wel heel iets anders dan stoete.

De yoghurt schreef ze fonetisch en stond als jogert beschreven maar wij wisten wat er met onze moodersproake werd bedoeld en brachten de juiste dingen uit de winkel mee. Fonetisch schrijven zoals ze ook haar gedichten altijd schreef en ze bleken voor iedereen te begrijpen.
Afgelopen woensdag vertelde een voormalig bouwvakker dat iemand (een voormalig tandarts) hem de gebeenten van zijn huis had laten zien met de vraag of deze nog goed waren. Hij had hierop geantwoord: “als disse kapot goat, doot mie de tanden neet meer zeer”. Een hele mooie uitdrukking als je hem begrijpt, de voormalig tandarts had het even na moeten vragen. Maar de verbouw kon weer verder.

Bij de opdracht van de Maarkelse Kwis was er in ons team nog even verwarring over de elezen. Wanneer je het op internet opzoekt kunnen het zomaar eieren zijn. Bij ons thuis werd het woord gebruikt, maar met het woord ‘krek’ ervoor. Det bint krek elezen. Dat maakt het alweer een stuk duidelijker. Van een organisatielid begreep ik dat er mooie oplossingen binnen waren gebracht en ons team had voor de zekerheid krek eleze eieren meegenomen. Altijd spelen op zekerheid!

Ondertussen heb ik mijn boodschappen voor deze week wel binnen, mijn eigen breefke afgewerkt. Ook nog leuke leu gesproken, dat kan ik dan weer voor een ander keer gebruiken.

Ik wens ulleu een mooi’n zundag

Gerdien