Naar aanleiding van een uitbraak van vogelgriep bij leghennen op een biologisch pluimveebedrijf in Zeewolde heeft landbouwminister Schouten vanaf vanmiddag 12.00 uur een ophokplicht ingesteld voor alle bedrijven, die commercieel pluimvee houden. Ook is er een verbod ingesteld op het tentoonstellen van pluimvee, watervogels en loopvogels. Voorzitter Bart Jan Oplaat van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders is blij met de ophokplicht. Oplaat: “Dit voorkomt nieuwe uitbraken. Mochten besmette vogels rondvliegen, is de kans op een besmetting op een bedrijf vele malen kleiner als de kippen binnen zitten.” Voor pluimveehouders betekent het volgens Oplaat, dat een deel van het vlees en eieren, welke onder normale omstandigheden naar Duitsland of Engeland wordt exporteert, op de Nederlandse markt zal blijven. Voor hobbyhouders geldt geen ophokplicht, maar een afschermplicht. “Wie wil voorkomen dat zijn dieren ziek worden, doet er verstandig aan ze binnen te houden. Maar afscherming is dus verplicht”, aldus Bart Jan Oplaat.
Door de afschermplicht moet zo veel mogelijk worden voorkomen dat de dieren in contact komen met wilde vogels of hun uitwerpselen. Ophokken of een afdak heeft de voorkeur, maar felgekleurde linten over de ren helpt volgens Oplaat ook, omdat wilde vogels daar liever omheen vliegen. Het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit roept op tot het melden van dode wilde vogels bij de daarvoor bestemde instanties. Voor houders van vogels geldt een meldplicht, zij moeten melding maken bij de NVWA van uitval van dieren. Hierdoor kunnen besmettingen met vogelgriep eerder aan het licht komen en wordt het risico op verspreidingen kleiner. Meer informatie is te vinden op de website van de NVWA.